Onze provincie heeft heel wat gebouwen in eigendom of beheer. Op verschillende van deze gebouwen rust een bescherming als erfgoed. Voor heel wat van deze gebouwen zijn renovatiewerken ingepland op het budget van de provincie. Voor de restauratie zijn ook subsidies vanuit Vlaanderen voorzien.
Provincieraadslid Bart Wenes vernam dat die Vlaamse subsidies niet zoals voorzien ingepland worden en vroeg gedeputeerde Bart Naeyaert dan ook wat de gevolgen hiervan zijn voor de provinciale planning.
In zijn antwoord liet gedeputeerde Naeyaert weten dat de restauratiepremie voor de provincie is afgeschaft sinds 1 januari 2015. Dat betekent dat de provincie vanuit Vlaanderen voor de restauratie van haar eigen provinciale eigendommen dus geen subsidies meer zal ontvangen.
Een aantal dossiers komen echter wel nog in aanmerking voor de restauratiepremie. Het gaat dan eerst en vooral over de dossiers die voor eind 2014 nog ontvankelijk verklaard werden door Vlaanderen. Het verwachte subsidiebedrag bedraagt hier zo’n 5,3 miljoen euro.
De dossiers rond het Grootseminarie, het Bisschopshuis en de Sint-Salvatorskathedraal zullen ook in de toekomst nog subsidies kunnen ontvangen.
Normaal is het zo dat de provincie dient te wachten met de opstart van de werken totdat de Vlaamse premie effectief is toegekend. Doordat Onroerend Erfgoed (Vlaanderen) echter voorrang geeft aan particuliere dossiers voor toekenning van de premies en doordat er gesnoeid werd in hun middelen, kunnen minder dossiers per jaar afgehandeld worden. En hier is de provincie dus de dupe. Verschillende werken wachten dan ook op uitvoering. Het ‘oudste’ dossier is het kasteel ’t Hooghe, dat al in 2011 werd ontvankelijk verklaard, maar nog steeds is er geen definitieve toewijzing van de premie. Hoogstwaarschijnlijk komt die er in 2015 ook niet. Voor 2015 krijgt de restauratie van het orgel in de Sint-Salvatorskathedraal de premie, maar de rest is hoogst onzeker.
De voorwaarden van de premie laten gelukkig wel toe om in geval van stabiliteitsproblemen of andere structurele problemen, toch al in te grijpen tot 20% van de kostenraming van het dossier.
De provincie paste die procedure o.a. toe voor het dossier ‘Ramen en deuren van het Grootseminarie in Brugge’, waar de meest aangetaste ramen al vervangen werden. Ook bij werken aan een paar molens werd een versnelde procedure gehanteerd. Wachten op de toekenning van de subsidies, zou de werken achteraf veel drastischer en nog duurder maken. En dat is uiteraard het geval voor alle restauratiedossiers.
Helaas kan die uitzondering niet overal toegepast worden door de provincie: de restauratie van het kasteel ’t Hooghe in Kortrijk bijvoorbeeld is zo uitgebreid dat werken naar voren schuiven weinig zin heeft. Daar is het dus effectief wachten op Vlaanderen.
Samen met Bart Wenes hoopt gedeputeerde Bart Naeyaert dan ook dat de subsidies er snel aankomen. Want in deze kan de provincie dus helaas niets anders doen dan wachten op de beslissingen van de diensten van bevoegd Vlaams minister Geert Bourgeois.