Het Europees Parlement stemt morgen een resolutie waarin het de krijtlijnen uittekent voor de Brexit-onderhandelingen van de EU met het VK. Het EP wil dat eerst de scheiding wordt afgehandeld en er dan pas wordt gesproken over de nieuwe relatie tussen de EU en het VK en de voorwaarden voor de overgangsperiode.
Daarmee gaat het in tegen de wens van de Britse regering en de ECR-Fractie in het Europees Parlement, waartoe ook N-VA behoort.
Europarlementslid Tom Vandenkendelaere (CD&V) verdedigt de tweetrapsaanpak: âEerst een correcte scheiding en pas dan praten over een nieuwe relatie is voor de EU strategisch de meest verstandige oplossing. Niet elk land heeft namelijk dezelfde handelsbelangen met de Britten. Beide onderhandelingen tegelijk opstarten, zoals de N-VA wil, geeft de Britten de kans die mogelijke verdeeldheid uit te buiten.â
âUiteraard is een âzachteâ Brexit voor Vlaanderen van groot belang. Dit ganse proces kost ons sowieso al centen, tot 1 % van ons BBP. Als de deur helemaal dicht gaat zijn de gevolgen niet te overzien. Dus ja, wij willen een 'zachte' Brexit. De handel met het VK is voor ons land te belangrijk. Maar een krachtig EU-blok met een sterke interne markt is dat evenzeer. De overige leden van de ECR laten zich heel gemakkelijk voor de kar spannen van hun collega's, de Britse conservatieven. Die hebben uiteraard baat bij verdeeldheid binnen de Unie. Maar het is al te doorzichtig. Een duidelijk proces en een ordentelijke scheiding hoeven een zachte Brexit helemaal niet in de weg te staan.â
âHet Parlement is ook nu weer de verdediger van de belangen van de Unie. Onze richtlijnen stroken trouwens met de bakens die de Raad vorige week al uitzette. De EU laat haar tanden zien. Niets te vroeg. Maar spierballengerol en diplomatiek vuurwerk is één ding, de realiteit is iets anders. Het Parlement kan de Britten wel onder druk zetten om geen handelsakkoorden te sluiten met derde landen als de VS en Canada, niemand zal ze kunnen tegenhouden om informeel gesprekken aan te knopen. Ook de Britse kracht op defensie is te groot om er voetstoots van uit te gaan dat die factor niet mag of zal meespelen in de economische onderhandelingen.â
âRealiteitszin is voor mij ook, simpelweg, rekening houden met de basis van elke handelsrelatie: locatie. Dichtbij handelen is eenvoudig en vlot. De 44% van hun export die de Britten nu uitvoeren naar de EU kunnen ze nooit compenseren door grote handelsverdragen met verre landen. Zo werkt het gewoonweg niet.â